Laden...
Nieuws2018-05-01T14:11:38+00:00

Nieuws

Houd deze pagina in de gaten voor het laatste nieuws en onze inloopspreekuren.

Vrijstelling overdrachtsbelasting bij terugkoop woning met verkoopregulerend beding

Onder voorwaarden geldt met ingang van 2022 een vrijstelling van overdrachtsbelasting voor de verkrijging van een woning als gevolg van een terugkoop van een natuurlijk persoon ter uitvoering van een verkoopregulerend beding dat bij de eerdere verkrijging was opgelegd. Voor de Wet differentiatie overdrachtsbelasting was het verlaagde tarief van 2% van toepassing op de terugkoop, waarna op de doorverkoop veelal de doorverkoopfaciliteit kon worden toegepast. De vrijstelling moet voorkomen dat teruggekochte woningen niet aan starters worden doorverkocht. Het verkoopregulerend beding moet een zelfbewoningsplicht voor de koper omvatten. De waarde in het economisch verkeer van de woning mag ten tijde van de eerdere verkrijging niet hoger zijn dan de woningwaardegrens voor de startersvrijstelling ten tijde van de terugverkrijging.

Bron: Ministerie van Financiën | wetsvoorstel | 20-09-2021
september 23rd, 2021|

Aanpassingen bpm

De CO2-uitstoot van een personenauto vormt de grondslag van de bpm. Voor conventionele auto’s en voor plug-in hybrides gelden aparte tarieven. Voor emissievrije auto’s geldt een bpm-vrijstelling tot en met 2024. Wanneer de gemiddelde CO2-uitstoot van nieuwe personenauto’s daalt, dalen de belastinginkomsten. Om dit op te vangen worden de CO2-schijfgrenzen voor de jaren 2022 tot en met 2025 elk jaar met 2,3% verlaagd en de schijftarieven met 2,35% verhoogd. Dit geldt ook voor de CO2-grens en het tarief voor de dieseltoeslag. De belastingbedragen per gram/km CO2-uitstoot worden met ingang van 2023 eerst geïndexeerd en vervolgens verhoogd.

Bron: Ministerie van Financiën | wetsvoorstel | 20-09-2021
september 23rd, 2021|

Verlaging tarief verhuurderheffing

Naar aanleiding van een motie van de Tweede Kamer heeft het kabinet besloten dat in de sociale sector in 2021 geen huurverhoging mag worden toegepast. Woningcorporaties en grotere particuliere verhuurders worden daarvoor enigermate gecompenseerd door een verlaging van het tarief van de verhuurderheffing. De totale verlaging van de verhuurderheffing bedraagt € 180 miljoen per 1 januari 2022. Het tarief gaat van 0,527 naar 0,485% van het belastbare bedrag.

In de wet is nu bepaald dat de bedragen van de heffingsverminderingen ieder kwartaal kunnen worden gewijzigd. Op grond van deze bepaling kunnen de bedragen op nihil worden gesteld als het gebruik van de heffingsverminderingen groter blijkt dan waar in de begroting rekening mee is gehouden. Voorgesteld wordt om de wijziging van bedragen, waaronder het op nihil stellen daarvan, per maand mogelijk te maken in plaats van per kwartaal. De kans op overschrijdingen van het budget wordt hierdoor verkleind. Een aanpassing van de bedragen van de heffingsvermindering moet meer dan een maand van tevoren worden aangekondigd in verband met de rechtszekerheid voor de aanvragers.

Bron: Ministerie van Financiën | wetsvoorstel | 20-09-2021
september 23rd, 2021|

Financiën niet van plan box-3-heffing direct aan te pakken

Naar aanleiding van een uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland in een van de massaalbezwaarprocedures over de belastingheffing in box 3 zijn Kamervragen gesteld. De rechtbank heeft geoordeeld dat de box 3-heffing voor de jaren 2017 en 2018 op stelselniveau in strijd is met het discriminatieverbod van het EVRM. Een objectieve en redelijke rechtvaardiging voor de gelijke behandeling van ongelijke gevallen ontbreekt. De rechtbank zag geen mogelijkheden om het ontstane rechtstekort te repareren, omdat zij daarvoor politieke keuzes zou moeten maken, die aan de wetgever zijn. De staatssecretaris van Financiën wijst erop dat er meer zaken lopen in de massaalbezwaarprocedure. De rechtbank Gelderland heeft geoordeeld dat geen sprake is van strijd met het discriminatieverbod op regelniveau. Verder wijst de staatssecretaris erop dat de Hoge Raad zich nog niet over deze materie heeft uitgelaten. Het bieden van rechtsherstel zou daarom prematuur zijn. De staatssecretaris verwijst naar de nog te presenteren contourennota voor een heffing in box 3 op basis van werkelijk behaalde rendementen. Gezien de demissionaire status van het huidige kabinet is het wachten op het volgende kabinet om daarin keuzes te maken.

Bron: Ministerie van Financiën | publicatie | 2021-0000169965 | 09-09-2021
september 16th, 2021|

Afschermen adresgegevens in Handelsregister

De staatssecretaris van EZK heeft Kamervragen over het niet uitvoeren van een door de Tweede Kamer aangenomen motie over het afschermen van de privéadressen van ondernemers in het Handelsregister beantwoord. De staatssecretaris vindt het standaard afschermen van adressen van ondernemers te ver gaan. Wel heeft zij een voorstel tot wijziging van het Handelsregisterbesluit gedaan om woonadressen standaard af te schermen. Dit biedt echter geen oplossing in gevallen waarin het vestigingsadres van de onderneming gelijk is aan het woonadres van de ondernemer. In die gevallen zou de ondernemer een alternatief vestigingsadres voor de onderneming moeten kiezen. Volgens de staatssecretaris is dat mogelijk, zelfs wanneer de werkzaamheden uitsluitend of overwegend op het woonadres plaatsvinden. Het streven is dat dit voorstel in het najaar van 2021 in het Staatsblad wordt gepubliceerd.

Het vermelden van het vestigingsadres van ondernemingen en rechtspersonen in het openbarre Handelsregister draagt bij aan de rechtszekerheid in het handelsverkeer. De staatssecretaris wijst erop dat het Europeesrechtelijk niet is toegestaan om de vestigingsadressen van rechtspersonen af te schermen.

Bron: Ministerie van Economische Zaken en Klimaat | publicatie | DGBI-O / 21197678 | 05-09-2021
september 16th, 2021|

Levering slooppand of bouwterrein?

De levering van onroerende zaken en van rechten waaraan deze zijn onderworpen is in beginsel vrijgesteld van omzetbelasting. Er geldt een uitzondering op de vrijstelling voor de levering van een gebouw vóór, op of uiterlijk twee jaar na de eerste ingebruikneming en voor de levering van een bouwterrein. Als bouwterrein wordt aangemerkt onbebouwde grond, die bestemd is om te worden bebouwd met één of meer gebouwen.

In een procedure voor Hof Arnhem-Leeuwarden was in geschil of de levering van de onroerende zaak, gecombineerd met in de akte van levering genoemde werkzaamheden, waaronder het saneren en bouwrijp maken van de grond, twee afzonderlijke prestaties betrof of één samengestelde handeling. De werkzaamheden kwamen voor rekening en risico van de verkoper.

Volgens het hof was het doel van partijen de levering van een bouwterrein. Het zou kunstmatig zijn om de levering van het perceel grond en de daaropvolgende werkzaamheden als niet met elkaar verbonden handelingen te beschouwen, omdat het terrein pas na de werkzaamheden bruikbaar was voor het realiseren van de door de koper beoogde nieuwbouw. Naar het oordeel van het hof was sprake van de levering van een bouwterrein en heeft de inspecteur terecht aan de verkoper een naheffingsaanslag omzetbelasting opgelegd.

Bron: Hof Arnhem-Leeuwarden | jurisprudentie | ECLINLGHARL20218275, 20/00078 | 30-08-2021
september 16th, 2021|

JA, IK WIL ONLINE BOEKHOUDEN ZONDER GEDOE!


    Go to Top